Bevlogen ondernemers die kiezen voor smaak en kwaliteit uit de polder
“Eenmaal een ei gegeten van een ‘chick on the move’ en je wilt nooit meer iets anders”
Het verbeteren van leefomstandigheden van dieren wordt door Ruben en Ingeborg Koole (Bistro Hemel op Aarde – Almere) letterlijk en figuurlijk op de kaart gezet. Zo krijgen hun gasten uitsluitend vleesgerechten van dieren die een goed leven hebben gehad. Ook is het horeca-echtpaar in het voorjaar van 2011 begonnen meer biologische producten uit hun eigen provincie te gebruiken. Van hun ontdekkingsreis naar Flevolandse streekproducten laten ze hun gasten volop meegenieten. “Onze biologische tomatensoep is niet aan te slepen!”
De schare enthousiaste gasten van de bistro van Ruben en Ingeborg groeit. Reden voor Ruben en Ingeborg om mee te groeien en daarom zijn ze in 2011 verhuisd naar een grotere locatie aan de Palmpolstraat in Almere-Stad. Aan het water en met een eigen parkeerterrein, kunnen ze meer voor hun gasten betekenen. “Gastvrijheid staat bij ons hoog in het vaandel,” vertelt Ingeborg. “Onze gasten moeten zich welkom voelen om optimaal te kunnen genieten van hun lunch of diner en we doen erg ons best het ze naar de zin te maken.” In de gezellige, op Frankrijk georiënteerde bistro wordt met opvallend veel zorg en aandacht gewerkt aan de kwaliteit van de gerechten. Ruben en Ingeborg proberen de prijs-kwaliteit verhouding daarbij goed in balans te houden, zodat ze toegankelijk zijn voor een breed publiek.
Niettemin hebben ze zorgvuldig gezocht naar kwalitatief topvlees op hun menu. “Ik wil alleen werken met vlees dat een voortreffelijke structuur en smaak heeft,” verklaart Ruben. Drie soorten rundvlees zijn favoriet bevonden: Black Angus, Wagyu en het Nederlandse Maas-Rijn-IJsselrundvee. Van dit zogenaamde MRIJ-rund staan ook croquetjes op de kindermenukaart, gemaakt door de ambachtelijke patisserie Holtkamp uit Amsterdam. Bij het varkensvlees gaan ze ook niet over één nacht ijs. Als lid van de organisatie ‘Varkens in Nood’, kiezen ze graag het malse Duke of Berkshire-varken, of het bekendere Livar-varken uit de Limburgse kloostertuinen. Naast mooie namen hebben de dieren met elkaar gemeen dat ze een goed leven hebben gehad. “Ze leven langer, kunnen eten zoveel ze willen en stress wordt zoveel mogelijk voorkomen,” legt Ruben uit. “En wij kunnen onze gasten garanderen dat er geen hormonen in het vlees zitten. Een mooie win/win-situatie,”stelt hij tevreden vast. “Onze gasten krijgen meer smaak en een gezonder product en de dieren een beter leven.” Andere dieren met een goed leven zijn de ‘chicks on the move’ van biologisch-dynamische boerderij GAOS uit Swifterbant. Deze kippen hebben een mobiele stal die met de scharrelende kippetjes meeverhuist. “Eenmaal een ei gegeten van een ‘chick on the move’ en je wilt nooit meer wat anders,” lacht Ruben. De eieren, maar ook andere producten als appelperensap, aardappelen, groente en fruit worden bij de bistro bezorgd door de Hofwebwinkel uit Dronten.
Rubens andere favorieten van Flevolandse bodem zijn polderhoning en biologische Polderhoen. “En we zijn nog volop biologische producten uit Flevoland aan het ontdekken,” vertelt Ingeborg enthousiast. “Naarmate het aanbod groeit, willen we er steeds meer gebruik van gaan maken. Wij en onze gasten zijn zeer te spreken over de smaak. Biologische producten zijn vaak beter van smaak en leveren een bijdrage aan duurzaam ondernemen,” stelt ze vast. Het gebruik van biologisch bij Hemel op Aarde is begonnen met een biologische wijn met de mooie naam ‘Heaven on Earth’, één van de eerste producten die ze inkochten. Ingeborg merkt dat steeds meer consumenten zich bewust worden van de waarde van kwaliteitseten. “Vroeger was de tendens, ‘hoe goedkoper hoe beter’, maar daar komen inmiddels veel mensen weer van terug. Het komt onze gezondheid zeker niet ten goede,” stelt ze. De informatie over de producten dragen ze uit in het restaurant. “Iedereen in de bediening weet van de hoed en de rand,” vertelt Ingeborg. “We dragen daarin ons steentje bij om bij zoveel mogelijk mensen het bewustzijn op te wekken.”
Uit: Proef de Smaak van Flevoland. Auteur: Ingrid Cremer – Centrum Boilogische Landbouw